De betaalbaarheid van het gasnet komt steeds meer onder druk te staan. Huishoudens die de overstap naar bijvoorbeeld zonnepanelen en warmtepompen niet kunnen maken, draaien op voor steeds hogere vaste kosten. Dat kan voorkomen worden met de aanleg van warmtenetten.
In 2030 betaalt de groep ‘achterblijvers’ honderden euro’s per jaar meer voor hun gasrekening, blijkt uit onderzoek van CE Delft, in opdracht van Essent. Dit zal met name mensen met een kleinere portemonnee hard treffen, omdat zij zo afhankelijk blijven van aardgas en daardoor geconfronteerd worden met sterk oplopende energiekosten.
Met de aanleg van warmtenetten kan dit voorkomen worden. Vooral in wijken waar de kosten voor de maatschappij het laagst zijn. Het gaat dan niet alleen om de directe investeringen maar ook om de bredere milieu-impact, langetermijneffecten op het energieverbruik en de CO2-uitstoot.
Dit voordeel in kosten moeten de bewoners dan wel terugzien op hun rekening. Dat is nu nog niet het geval.
Beter samen dan alleen
Uit een studie van de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie (NVDE) over warmtenetten in Den Haag bleek dat warmtenetten ongeveer 25 procent goedkoper zijn in termen van maatschappelijke kosten, vergeleken met individuele oplossingen zoals warmtepompen of gasverwarming.
Hoewel warmtenetten dus aantoonbaar voordeliger zijn op systeemniveau, betalen bewoners die aangesloten zijn op dergelijke netten momenteel gemiddeld 200 euro meer per jaar. Dit wijst op een disbalans tussen de maatschappelijke voordelen en de kosten die gebruikers dragen. Er zijn dus hervormingen nodig om warmtenetten niet alleen duurzaam, maar ook betaalbaar te maken voor de eindgebruikers.
Daarnaast zijn subsidies voor woningisolatie en warmtepompen belangrijke maatregelen. Net als prikkels in huur of koopsom bij huizen met slechte energielabels. Deze oplossingen moeten ervoor zorgen dat duurzame warmte toegankelijker wordt en de energierekening eerlijker wordt verdeeld onder de bevolking.