Nederland kampt met een overbelast stroomnet, vooral in Utrecht, waar de gemeente overweegt laadpalen voor elektrische auto’s ‘af te knijpen’.
Het afknijpen van de laadpalen tijdens piekuren kan op korte termijn een oplossing zijn voor het gat tussen vraag en aanbod van elektriciteit. Maar op langere termijn zal dit tot een afname van de populariteit van elektrisch rijden leiden. Dat helpt niet om milieudoelstellingen te halen.
Een betere oplossing is daarom om elektrische voertuigen in te zetten als flexibele energieopslagsystemen. De situatie in Japan na de ramp in Fukushima in 2011 bewijst dat elektrische auto’s meer kunnen zijn dan alleen vervoersmiddelen. Nissan zette auto’s in die energie terugleverden aan het net als noodoplossing. Dat kan een goede oplossing zijn tijdens piekuren.
Om vraag en aanbod ook op lange termijn op elkaar te laten aansluiten, moet het elektriciteitsnet een aanzienlijke uitbreiding en upgrade krijgen. Parallel daaraan is het om slimme netwerkoplossingen en energieopslag te bedenken om de piekvraag te beheren, zonder de groei van elektrische voertuigen te belemmeren.
Wat nodig is, is dat de overheid, de energiesector als de automotive industrie hierin samen optrekken. Als we het probleem van netcongestie verzuimen aan te pakken, kan het – naast frequente stroomstoringen, remmingen in de woningbouw en in de economische groei – leiden tot vertraging in het behalen van de klimaatdoelen. Het is zonde als door het afknijpen van laadpalen vertrouwen in elektrisch vervoer afneemt.